Marketentsters
De idee van de marketentsters is afgeleid van de vrouwen die (vaak met kind en kegel) in de 16e en 17e eeuw achter de legers aan trokken. Het was een mogelijkheid om bij de echtgenoot in de buurt te zijn en hem van zijn natje en droogje te voorzien. Hun ‘rats, kuch en bonen’ moesten de huursoldaten in die dagen namelijk veelal zelf zien te organiseren. De vrouwen maakten van de nood een deugd, en boden ook anderen voedsel en drank als koopwaar aan. Vandaar de naam marketentster, die is afgeleid van ‘markentare’ hetgeen verkopen of verhandelen betekent.Het leger kende vroeger geen eigen kantinedienst, tijdens het verblijf in de kazerne verrichten de marketentsters ook werkzaamheden als het wassen en onderhouden van de soldatenkleren. Naast het uniform dat een sterke gelijkenis vertoonde met het uniform van haar eenheid, kreeg de marketentster ook een penning waarop haar naam en die van het legeronderdeel was vermeld.
In 1973 deed de marketentster haar intrede in het Limburgse schutterswezen, sindsdien vergezelt zij de schutterij met een mandje en vaatje.
In de mand zit brood, worst en kaas, het vat is gevuld met jenever, vieux of een Limburgse kruidenbitter. Het aantal marketentsters groeit nog steeds, in Limburg zijn er meer dan 300 actief. Om de functie van marketentster meer inhoud te geven wordt er sinds 1991 jaarlijks het Marketentstertreffen gehouden.
Op dit moment zijn de volgende marketentsters actief:
Andrea Selder, Judith Aretz, Kaylee Selder.
En zo was het vroeger...
(C) Wil Mohren 2018